Mijn vriendin en ik gingen naar Frankrijk. Met de trein, leuk!
In Roosendaal bleef de trein ongewoon lang stilstaan. We keken uit het raampje, maar zagen niets bijzonders.
Er werd ook niets omgeroepen.
Wil jij nog een broodje? vroeg ik.
Nee dank je, zei de vriendin en keek op haar telefoon hoe laat het was.
Gelukkig, de trein kwam weer in beweging, want in Brussel-Zuid moesten we overstappen voor de TGV. Daar hadden we een uur voor. Tien minuten vertraging, dat was te doen.
Na een kwartier begon onze trein vaart te minderen. Stapvoets reden we verder. Wat nu weer?
Via een krakerig omroepsysteem kwamen we te weten dat er een andere trein voor ons reed en dat we niet harder konden.
Zut alors!
We berekenden dat het wel eens heel krap zou kunnen worden, die overstap.
Daarom zochten we de conducteur op en legden onze situatie uit.
Hij overlegde het een en ander en kwam toen onze coupé in.
Dames, de machinist zal zó stoppen dat uw uitgang bij de trappen zal zijn. Daar spoedt u zich naar beneden, en als het goed is, zal de TGV op perron 6 klaarstaan.
Onze trein stopte op perron 23 en wij sprongen zowat de roltrappen af. Hollen hollen hollen, wat was die gang lang! De trolleykoffers slingerden en hopsten, wij trokken ze gewoon mee.
Naar boven, naar boven!
Daar stond de TGV. Het leek alsof er stoom uit onze oren kwam. Daar stond een conducteur met portofoon op ons te wachten, hij wist ervan.
Snel, snel, stapt u hier maar in.
Jaaaaa, gered.
Met droge keel stonden we uit te hijgen in de trein. Dank je wel, treinpersoneel. Zonder jullie hadden we het niet gered.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten